Lieve mensen van onze Heer Jezus Christus,
Twee jaren lang hebben we geen kerst kunnen vieren met elkaar hier in de Kamp. Daarin waren we niet de enigen, want Corona legde alle kerkdiensten en heel het maatschappelijk leven stil. Wat is het gááf dat het nu wél weer kan.
Tegelijk is het ook zo, dat het één nog niet weg is of het ander is er. De oorlog van Rusland tegen Oekraïne bepaalt sinds 24 februari grote delen van de wereld. Allereerst in Oekraïne en Rusland zelf. Maar overal op de wereld heeft het invloed. Gasprijzen vliegen omhoog, prijzen in de supermarkt vliegen omhoog en overal in Hardenberg zijn er voedselkasten en het aantal klanten bij de voedselbank neemt toe. Niet alleen mensen met lage inkomens komen klem te zitten. Dat hadden we een paar jaar geleden niet kunnen denken. Het heeft óók gevolg voor ons als kerk. Dat vind ik ergens heel rot maar ook mooi. We delen mee in de sores. Vanaf volgende maand is er maar één dienst in de maand in de sporthal en moeten alle wijken de helft van hun diensten inleveren. Vanwege de gasprijzen.
Jarenlang – ik ben nu 60 en het is echt jarenlang – leefden we in ons land in grote welvaart, althans voor veel mensen. Er was vrede, er was geen raar virus. Oorlog in Europa kenden we niet. Natuurlijk er speelde van alles, zeker bij mensen thuis. Van verdriet om ziekte, sterven, werkeloosheid, scheiding, zorgen. Noem het op. Dat zet je leven onder druk. Maar door de bank genomen: stabiliteit. En Nederland scoorde altijd hoog op de lijstjes van “waar wonen de gelukkigste mensen ter wereld.” Ik denk dat als geschiedenisschrijvers over een jaar of 40 over onze tijd gaan schrijven in NL dat ze een soort keerpunt zullen zien zo rond 2020. Voor die tijd: stabiliteit, welvaart voor veel mensen, na die tijd: onrust, zorgen, ontwrichting. En we weten niet hoe het gaat lopen in 2023.
Nu ik dit jaar het kerstevangelie lees, merk ik dat ik het anders lees dan andere jaren. Dat komt door de tijd waarin we leven. Opeens klinkt het anders: er gaat een bevel uit van keizer Augustus en het hele rijk gaat op pad. Het is een belastingmaatregel. De keizer wil weten hoeveel mensen er in zijn rijk wonen en hoeveel geld hij kan vangen en vragen. Een virus kan een hele wereld op de kop zetten en ervoor zorgen dat iedereen binnen komt te zitten. Een probleem als het klimaat, als het stikstofprobleem kan een heel land in z’n greep krijgen en boeren ontzettend onrustig maken. Een politicus, een president kan besluiten om oorlog te beginnen en dat heeft voor talloze mensen gevolgen. Het eerst voor mensen in Oekraïne. Maar ook voor mensen in Afrika die afhankelijk zijn van Russisch graan. Ook voor mensen in Europa die afhankelijk zijn van Russisch gas en olie. Tot bij ons.
En daardoor komen mensen beweging. Ze moeten wel, we moeten wel. Tallozen gaan op weg. Jozef en Maria ook.
Om het nog even verder te voeren. Wij lezen in de kerstnachtdienst altijd het verhaal van de herders, maar Mattheüs schrijft over wijzen uit het Oosten, die bij Jezus komen. Ze komen eerst bij koning Herodes, in Jeruzalem, want ze zoeken een koningskind. En dan zou mijn gevoel van logica ook zijn, dat ik eerst naar Den Haag ga en niet naar Loozen of naar Hardenberg. Dat doen de wijzen dus ook. Ze gaan naar Jeruzalem waar de koning woont. Maar die koning Herodes is een gevaarlijke geniale gek. Geniaal, omdat hij in zijn tijd écht bouwwerken maakt – de tempel in Jeruzalem is er een voorbeeld van – die in het hele Romeinse rijk beroemd zijn. Maar ook gevaarlijk: hij is ziekelijk achterdochtig dat andere mensen op zijn troon uit zijn. Dat gaat zó ver dat hij een paar van zijn eigen zonen doodt. Als de wijzen dus de vraag stellen “waar is de koningszoon” en de koning antwoordt “vermoedelijk in Bethlehem, en als je hem gevonden hebt, kom het me dan melden dan kan ik hem ook gaan eren”, dan is het alleen maar de bedoeling, om Jezus te doden. Dat is dan ook het volgende: Jezus wordt niet fijn in een kraambed geboren met Jennie Veen als kraamverzorgster, maar in een stal omdat de keizer geld wil zien. En daarna moeten – zo vertelt Mattheüs – omdat Herodes alle jongetjes in een straal rond Bethlehem vermoordt – Jozef en Maria met het kindje vluchten naar Egypte. Een beetje zoals Oekraïense moeders dat met hun kinderen moesten doen.
Voelen jullie ook hoe het kerstverhaal ánders klinkt nu? Eigenlijk helpt deze tijd me om te beseffen hoe kwetsbaar God in deze wereld komt. Geen comfort, geen veilige situatie, vluchtelingenkind. En ik denk dat je er zelfs bij mag zeggen: Jozef en Maria zijn vermoedelijk ook wel heel jong en hun relatie is pril. Kun je dan het wel aan om zo jong een kind te krijgen, op een moeizame manier te bevallen en ook te moeten vluchten? Kunnen ze dat wel áán? Kunnen wij alles wel aan?
Het hele kerstverhaal speelt zich niet af in een comfortabele wereld, maar in een onrustige en onveilige wereld. De evangelist Johannes heeft niet het kerstverhaal als verhaal. Maar als hij zegt dat Jezus wordt geboren zegt hij “het Woord is vlees geworden en het heeft in een tent onder ons gewoond”. Vlees, dat klinkt rauw. Zo is het ook precies bedoeld. De rauwheid van het leven.
Dáár, lieve mensen, dáár wordt Jezus geboren. Eerder in Loozen bij de vluchtelingen dan in Den Haag. Herders in Den Velde…, hier vlakbij. Den Velde. En al die donkere kanten, al dat rauwe uit het evangelie, was in het verleden vaak verder weg voor ons, omdat het stabiel was. En nu komt het opeens, is het opeens vlakbij. Voor mij wordt het zo nog sprekender, Kerst. Dat het Licht écht te midden van het donker wil zijn. Dat Jezus écht te midden van mensen geboren wil worden voor wie het leven een opgave is. Herders, die onderaan de maatschappelijke ladder staan, die niet naar school gingen. Hun donker wordt doorgebroken als zij horen dat God voor hén komt. Maria zélf een meisje uit Den Velde, Radewijk, Baalder, jong. In haar leven wordt God, wordt Jezus geboren. En ze voelt: ben ik dat waard? Die herders hetzelfde: voor óns geboren? Er keek nog nooit iemand naar ons om! Jezus temidden van andere vluchtelingen op weg naar Egypte? Blijkbaar zijn vluchtelingen de moeite van zijn komst waard.
Er is het altijd ingewikkelde probleem van de maagdelijke geboorte. Hoe kan het dat Jezus bij een maagd geboren wordt, biologisch? Daar ga ik nu niet uitgebreid op in, maar probeer er de kern uit te pakken. Niemand van ons heeft kunnen kiezen waar je geboren kon worden. Niet in welk land – rijk of arm, vrijheid van meningsuiting of niet – ; niet in welke tijd – vol vrede of vol oorlog – ; ook niet in welk gezin – stabiel, niet stabiel – . Je moet het er maar mee doen. Je kunt pech hebben of geluk met wanneer en waar en bij wie je geboren wordt. De maagdelijke geboorte wil in elk geval dít zeggen: God had kunnen kiezen wanneer en waar en bij wie Hij geboren werd. Hij koos Maria, een jong meisje. Hij koos de tijd van Herodes en Augustus, een donkere tijd. Hij koos landje Israël. Hij koos ervoor dat herders als eersten het bericht horen. En in al die keuzes zit liefde, liefde en nog eens liefde. Voor álle mensen – dat krijgen de herders te horen – voor álle mensen. Maar vooral de mensen die in het donker leven, die zijn de eersten die het horen. Maria wordt er blij van. Wie ik? Ja jij! De herders worden er blij van. Voor ons, ja voor jullie! De vluchtelingen horen: Hij is ook vluchteling geweest, één van ons? Ja, één van jullie!
Als Jezus later groot wordt, doet Hij hetzelfde. Mensen opzoeken. Visser van mensen worden die verzuipen in het leven, door het leven. Aandacht geven, helpen, op het droge helpen. Nieuw leven geven. En overal waar Hij komt, knappen mensen op. Breekt Hij het donker van hun leven door en komt er nieuw licht, nieuw leven. Misschien is het belangrijkste wel, dát Hij komt bij jóu. Bij mij? Ben ik niet te min? Nee, vertelt het kerstverhaal, niemand is te min en dáárom wordt Hij midden in het rauwe van het leven geboren.
En wat ik nou zo hoop, is dat deze boodschap je om te beginnen persoonlijk raakt, goed doet. In jóuw leven met jouw mooie dingen en je shit, het donker. Dat het je hoop geeft dat je niet alleen bent. Om door te zetten waar je dat nodig hebt. Om misschien wel hulp te vragen, wat je moeilijk vindt, maar je bent écht de moeite waard van het hulp vragen. Of omgekeerd, dat jij voor anderen een licht wilt zijn in hún donker. En zó lieve, lieve allemaal, zo wordt Christus in en voor ons geboren! Amen.